In de vaste opstelling geeft het museum hierop een antwoord door het belangrijk element van de ‘herinnering’ toe te voegen. Hoe herinneren de nakomelingen van de Red Star Line-passagiers zich hun familiegeschiedenis, en hoe bepaalt dit wie ze zijn in de hedendaagse Amerikaanse maatschappij? Het museum ging hiervoor praten met vier nazaten van de Red Star Line-passagiers in de VS en in Frankrijk. Hun gefilmde getuigenissen en enkele van hun persoonlijke objecten staan centraal.
Ellen Bledsoe Rodriguez
Ellen is de dochter van immigrante Bessie Cohen en woont in California. Bessie Cohen maakte in 1921 de oversteek als klein Joods meisje vanuit Rusland. Bij aankomst zat ze samen met haar zus – zonder hun ouders - negen maanden vast op de ziekenboeg van Ellis Island. Uiteindelijk geraakte Bessie de VS binnen en daarvoor bleef ze haar hele leven dankbaar. De verhalen van haar moeder over de overtocht naar en aankomst in Amerika maakten integraal deel uit van Ellen’s jeugd. Volgens haar liberale en tolerante overtuiging noemt ze het hele avontuur de erfenis van haar moeder. Amerika moet voor haar trouw zijn aan de traditie van ultiem toevluchtsoord. Haar moeder legde altijd de klemtoon op gastvrijheid.
Caroline Emmet
Caroline Emmet is de kleindochter van de beroemde muzikant Irving Berlin, die als kleine jongen uit een arm Joods-Russisch gezin met een Red Star Lineschip in de VS aankwam. Hij groeide op in de sloppenwijken van New York maar groeide uiteindelijk uit tot een wereldberoemde componist. Caroline Emmet raakte geïnteresseerd in haar Joodse roots via haar moeder Linda. Caroline probeerde een eigen leven op te bouwen en zich af te zetten tegen haar imponerende en alomtegenwoordige grootvader. Het was niet gemakkelijk om een eigen succesvol leven op te bouwen in zo’n geprivilegieerd milieu, en met het heroïsche ‘from-rags-to-richess’-verhaal van haar grootvader.
Ed Van Rossen
Ed Van Rossen behoort tot de 3e generatie van twee Belgische migrantenfamilies uit Detroit. Nu is de stad in verval, maar aan het begin van de twintigste eeuw was het een bloeiende industriestad waar veel migranten naartoe trokken. Er was een Belgische gemeenschap met een bloeiend verenigingsleven. Ed gaat nog steeds naar het Cadieux Café, waar het interieur en de ‘feather bowling’-baan nog aan de Belgische roots doen denken, maar waar het clientèle uit Amerikanen van allerlei strekking bestaat. Ed heeft een unieke kijk op het leven in Detroit, het Belgisch gemeenschapsleven en de immigratie naar de VS zowel vroeger als nu. Hij bekijkt dit vanuit een uitgesproken nostalgische, conservatieve, ‘All American’ bril.
Tom Wolf
Tom Wolf is de kleinzoon van Carl Wolf, een Duitse immigrant die rond de vorige eeuwwisseling naar de VS ging. Hij vestigde zich in Lancaster (Pennsylvania) in een wijk waar al veel Duitsers woonden. Cabbage hill was een heuse Duitse gemeenschap, waarvan vele leden met de schepen van de Red Star Line zijn gemigreerd. Diegenen die op hetzelfde schip zaten, ontmoetten elkaar regelmatig. Tom Wolf woonde zelf ook als kleine jongen in Lancaster, en heeft er de laatste momenten van de Duitse migrantengemeenschap meegemaakt in het midden van de twintigste eeuw, vooraleer de buurt definitief van aanschijn veranderde.
Foto's: Victoriano Moreno |