Overslaan en naar de inhoud gaan

In gesprek met dichteres Fatena Al-Ghorra

Als laatste in een reeks van vier: een gesprek met dichteres Fatena Al-Ghorra. Een gesprek over taal, moeder- en voertaal en de rol die een museum als taaloefenplek kan opnemen.

Wat is taal voor jou?

Als dichter is taal mijn zijn. Taal is mijn identiteit. Het is mijn manier van leven, mijn manier van ademen. Taal staat voor mij ook gelijk aan geschiedenis en cultuur. Taal is als een persoon die al een lang leven achter de rug heeft. Iemand die veel heeft meegemaakt, zowel goede als slechte dingen. Iemand die ontzettend veel kennis en ervaring met zich meedraagt. Wil je een nieuwe taal leren, dan moet je je ook verdiepen in de geschiedenis en de cultuur ervan. Dat is noodzakelijk om elkaar echt te begrijpen. Denk aan uitdrukkingen zoals ‘Het gras is altijd groener aan de overkant’. Je begrijp dit omdat je kennis hebt van de cultuur erachter. Bovendien deel je deze kennis met anderen. Het is gedeelde kennis en dat is cruciaal.

Wat betekent de officiële taal voor jou?

De officiële taal is zeer belangrijk. Als anderstalige of nieuwkomer is het cruciaal om Nederlands te leren. Ten eerste uit respect. Het is de taal van dit land. We worden hier ontvangen. Ten tweede om echt deel te nemen aan het maatschappelijke leven. Taal is elementair om een netwerk uit te bouwen, om deel te nemen aan activiteiten. Taal is ook de sleutel om een goede job te vinden. En dat is niet altijd gemakkelijk. Ik solliciteerde vaak, kreeg dan de boodschap dat ik inhoudelijk geschikt was, maar dat mijn Nederlands nog onvoldoende was. Ik denk dat we daar als samenleving kansen laten liggen. Laten we anderstaligen met de juiste kwalificaties aannemen, ook al is hun Nederlands nog niet perfect. Het is juist door met collega’s in een Nederlandstalige context te werken, dat je als anderstalige de mogelijkheid hebt om te oefenen en je taal te verbeteren.

Men gaat er ook nog te vaak vanuit dat anderstaligen Nederlands vooral op school leren. Dat klopt niet. Oefenen is zo belangrijk. Sinds juni 2019 heb ik een taalbuddy: Gerdi Esch. We zijn allebei journalist. We hebben dus veel raakvlakken en gemeenschappelijke onderwerpen om over te praten. Gerdi helpt me met de taal, maar maar als voormalig moderedactrice bij Flair, biedt ze me een interessante blik op de geschiedenis en cultuur erachter.

Voel je je thuis in het Nederlands?

Eerlijk? In het begin hield ik niet van het Nederlands. Het mooiste woord voor mij in een taal is ‘liefde’. Wanneer je je liefde voor iemand uitdrukt, dan reflecteert zich dat meestal in de taal. In het Spaans, Frans of Italiaans zeg je: ‘te amo, je t’aime, ti amo.’ Het werkwoord verwijst duidelijk naar het zelfstandig naamwoord ‘amor, l’amour, amore’. In het Nederlands is dat niet zo. Mensen zeggen: ‘ik hou van jou of ik zie je graag’. En niet: ‘ik lief je’. Dat vind ik heel raar. Het weerspiegelt het gevoel ‘liefde’ voor mij niet.

Beetje bij beetje kreeg ik wel meer voeling met de Nederlandse taal. Vooral tijdens de vertalingen van mijn Arabische gedichten naar het Nederlands. We gingen toen op zoek naar de juiste woorden en klanken. In dit proces groeide mijn liefde voor het Nederlands. Een proces dat ik trouwens onbewust onderging. In 2014 was ik te gast op een poëziefestival in Nicaragua. Iedereen sprak er Engels. Maar plots hoorde ik iemand in het Nederlands praten. Ik draaide me snel om, ben naar die persoon gegaan en had een fijn gesprek. Zonder dat ik het zelf goed wist, had ik een band opgebouwd met het Nederlands en identificeerde ik me ermee.

"Mijn moedertaal is mijn identiteit. Het is wie ik ben op deze wereld: als persoon en als cultuur. Het is de lijn die me linkt met waar ik vandaan kom."

Wat betekent een moedertaal voor jou?

Mijn moedertaal is mijn identiteit. Het is wie ik ben op deze wereld. Als persoon en als cultuur. Het is de lijn die me linkt met waar ik vandaan kom. Mijn moedertaal is het Arabisch, een magische taal. Het is een rijke taal met veel lagen. Het is de taal van kunst, literatuur,… Binnen andere godsdiensten kwamen de oude profeten met mirakels: zieken genezen, water in wijn veranderen. Volgens Mohamed kwam de Islam met een taal,  de taal van de Koran, het Arabisch: een mirakel ansich.

Is er voldoende ruimte voor moedertalen in onze de samenleving?

Ik merk een verschuiving. Er is steeds meer waardering voor andere talen. Ik draag mijn gedichten altijd voor in het Arabisch. Er wordt een Nederlandse vertaling geprojecteerd. Maar mensen zeggen me dat ze daar niet perse naar kijken. Ze luisteren vooral naar de klanken, het ritme en de magie van de Arabische taal, ook al verstaan ze het niet.

Maar we zijn er nog niet. Ik vind dat we als samenleving de verschillende talen meer een platform mogen geven. In de eerste plaats denk ik aan de media. Zij zouden de diversiteit echt mogen weerspiegelen. In Nederland maken ze televisieprogramma’s in het Arabisch. Deze programma’s bereiken een groot Arabisch sprekend publiek, maar zijn tegelijkertijd ook een manier voor Nederlanders om de Arabische cultuur beter te leren kennen. Dergelijke programma’s kunnen mensen en culturen dichter bij elkaar brengen. Waarom kan dit niet in België? Wanneer ik op straat loop, zie ik dat culturen nog te vaak naast elkaar leven. Laten we inzetten op ontmoeting, zodat we elkaar beter leren en geen vreemden meer zijn voor mekaar.

Wat kan je hier als museum in betekenen?

Als dichter geloof ik natuurlijk in de kracht van poëzie om mensen samen te brengen. Poëzie gaat over emoties. Waar je ook vandaan komt, welke taal je ook spreekt: gevoelens van geluk, verdriet of angst kent iedereen. Met die gemeenschappelijke pool van emoties, daar kan je iets mee. Laten we in het museum poëzieworkshops houden. Niet alleen in het Nederlands, maar in verschillende talen, met dichters uit verschillende landen. De deelnemers, anderstaligen en Nederlandstaligen, leren zelf gedichten schrijven en luisteren naar elkaars werk. Zo ontstaan er ontmoetingen en leren ze elkaar en elkaars emoties beter kennen. Volgens de mythe van Babel spraken de mensen na verloop van tijd verschillende talen, waardoor ze elkaar niet meer verstonden. Dit hoeft niet zo te zijn. Poëzie, ook in verschillende talen, kan ons laten inzien dat wat we gemeen hebben, juist veel groter is dan waarin we van elkaar verschillen.

Tekst: Samuel Pinillos

Meld je aan voor de nieuwsbrief