Overslaan en naar de inhoud gaan

Ambassadeur Sam Fox over de emigratie van zijn ouders

De voormalige Amerikaanse ambassadeur in België, Sam Fox, is een afstammeling van Red Star Line-passagiers. Hij vertelt ons het emigratieverhaal van zijn ouders en wat dat heeft betekend in zijn leven.

Zijn moeder, Fejga (Fanny), en zus, Esther, voeren op 10 februari 1921 met de Red Star Line van Antwerpen naar Boston. In Amerika voegden ze zich bij Fox’ vader, Michel Fuks, die zijn thuis in de buurt van Kiev zeven jaar eerder had achtergelaten.

 

Het verhaal van mijn vader

Waarschijnlijk méér dan bij de meeste mensen, is mijn levensverhaal heel nauw verbonden met dat van mijn ouders. En het is ongetwijfeld ook een deel van het verhaal van de Verenigde Staten van Amerika.

Het verhaal van mijn ouders begint in Koretz, een ‘sjtetl’ of Joods dorpje in Oekraïne. Daar werd mijn vader ingelijfd in het leger van de Tsaar voor een twee jaar durende dienstplicht. Tegen het einde van die twee jaar, toen mijn vader op het punt stond om weer een vrij man te worden, zei de Tsaar: “En nu doen we er nog eens twee jaar bij.”

Mijn vader wist wat dat betekende. In een land waar Joden ombrengen tot nationale sport was verheven, besefte hij dat die twee jaar extra zowat zijn doodvonnis waren. Hij was een sterke en taaie kerel, maar hij was al een paar keer door het oog van de naald gekropen en wist dat zijn geluk vroeg of laat op zou raken. Dus besloot hij om te deserteren … en belandde hij achter de tralies.

Toen hij weer vrijkwam, namen hij en de vrouw die later mijn moeder zou worden, een moeilijke beslissing. Hij zou vertrekken. Niet alleen uit Koretz, niet alleen uit Oekraïne, maar zelfs uit de Oude Wereld. In 1914 belandde hij op Ellis Island in de haven van New York. Hij sprak toen geen woord Engels en had nauwelijks een cent op zak.

Maar er gebeurde iets wonderbaarlijks met mijn vader, daar op Ellis Island. Hij kwam binnen als Michel Fuks, een lid van een verachte minderheid. En hij stapte weer naar buiten, dankzij de Engelse vertalers van het immigratiekantoor, als Max Fox, een vrij man in een land dat had verklaard dat “alle mensen gelijk geschapen zijn.”

Die naamsverandering betekende alles voor hem. Hij verafgoodde de VS. Voor hem stond zijn nieuwe naam synoniem met vrijheid en gelijkheid … en met het leven zelf.

Hij vond werk als melkboer, en kwam daarna terecht in een schoenfabriek in St. Louis. De grote stad vond hij eigenlijk maar niks en dus kocht hij een oud paard en ging op weg. Toen mensen hem later vroegen hoe hij uiteindelijk was beland in het plaatsje Desloge, in de staat Missouri, met een bevolking van 1 500 zielen, zei hij eenvoudig: “Daar ging mijn paard dood.”

Er gingen zeven jaar voorbij voor mijn vader genoeg geld had verdiend om mijn moeder en mijn zus te laten overkomen.

 

De Red Star Line

Mijn moeder en zus gingen eerst naar Warschau, waar een Joodse hulporganisatie hen bijstond bij het plannen van hun reis. Daarna belandden ze in Antwerpen.

Vanuit Antwerpen vertrokken toen, met de Red Star Line, miljoenen immigranten, waaronder tal van Joden zoals mijn ouders. Onder hen ook Irving Berlin en Albert Einstein – mensen die ondertussen verweven zijn met de Amerikaanse geschiedenis en die hun stempel gedrukt hebben op de 20ste eeuw.

Mijn moeder en zus reisden met de SS Zeeland, in het vooronder, en hadden geen bagage bij. Het weinige spaargeld dat ze bezaten, hadden ze in hun kleren genaaid. Na een tocht van 11 dagen kwamen ze op 21 februari 1921 aan in Boston.

Daar vertrokken ze op hun lange reis naar Desloge, zowat een half continent verderop. In dat dorp werd ik geboren in 1929.

Mijn ouders praatten nooit veel over hun leven in Europa. Zoals de meeste immigranten van hun generatie waren ze vooral gefocust op hun nieuwe leven in de nieuwe wereld. En het leven in Amerika had zo zijn eigen uitdagingen. Maar bovenal waren ze hun nieuwe thuisland enorm dankbaar.

Vele jaren later keerde ik terug naar België als Amerikaans ambassadeur. Ik kan me voorstellen dat mijn ouders zowel verrast als trots geweest zouden zijn.

Als jullie museum de deuren opent, zal ik letterlijk in de voetsporen van mijn moeder en zus kunnen lopen. En ik zal de stad kunnen bezoeken waar ze verschillende dagen hebben verbleven voor ze aan hun onwaarschijnlijke tocht begonnen. Ik geloof dat dit heel wat emoties in mij zal losmaken, omdat het verhaal van mijn familie – en in zekere zin het verhaal van de Verenigde Staten – eigenlijk haast niet te geloven is. De cirkel van onze familie is rond.

Is er in uw familie een Red Star Line-verhaal? We horen het graag van u.

redstarline@antwerpen.be
tel. +32 3 298 27 80

Meld je aan voor de nieuwsbrief